De stad Gent is een hostel rijker. Net voor de zomer opende Backstay Hostel zijn deuren in de oude Backstage, ook gekend als het voormalige redactiekantoor van ‘Dagblad Vooruit’. Vijf jaar geleden kocht de projectontwikkelaar Upgrade Estate het beschermd monument en bijhorend complex in de Sint-Pietersnieuwstraat en renoveerde het volledig. Gentcement kreeg de kans om een nacht te verblijven in de nieuwe hostel en zich eventjes terug in de tijd te wanen.
Noot van de redactie: De Backstay Hostel sloot in 2017 definitief de deuren. Na grondige verbouwings- en renovatiewerken van de gevel, werd het gebouw omgevormd tot een meeting- en zogenaamde belevingslocatie voor Upgrade Estate.
De fascinerende eclectische voorgevel, van rood en zwart geglazuurde tegels en mat glaswerk, gecombineerd met de uitnodigend brede trappen, trok gegarandeerd al de aandacht wanneer je door de Sint-Pietersnieuwstraat wandelde of aan de naastliggende halte stond te wachten op de bus.
Het gebouw werd in 1930 ontworpen door architect Fernand Brunfaut (°1886-†1972) voor de redactie van het dagblad Vooruit en de drukkerij ‘Het Licht’. Het is van buitenaf het meest herkenbaar door de zes tweezijdige erkers uit glas- en ijzerwerk die het gebouw zijn sierlijke en herkenbare uitstraling geven. De oorspronkelijke gevel van een reeds bestaande 19e eeuwse herenwoning kwam op die manier vol uitbundige en kleurrijke geometrische art deco-elementen te zitten.
’s Nachts symboliseerde de verlichting van de gevel en de inkompartij niet alleen de naam van de drukkerij maar illustreerde zij ook de nachtelijke activiteit die bij het productieproces van een krant kwam kijken.
Het was duidelijk dat de socialistische beweging zeer fier was op hun nieuwe gebouw en ze toonde dit ook in architectuurmagazines, affiches en flyers.
Het merendeel van het authentieke interieur, naar het ontwerp van Maxime Brunfaut, de zoon van de architect, ging jammer genoeg verloren tijdens de verhuis van de redactie van de krant en het faillissement van de drukkerij ‘Het Licht’. Het gebouw stond een hele tijd leeg tot het in de vroege jaren ’90 werd herbestemd tot het nieuwe cultuurcentrum Backstage. Onder die naam is het gebouw bij veel Gentenaars nog steeds het meest gekend.
In het hoofdgebouw kwam er een ticketshop – die nog steeds te zien is als de loketten in de inkomhal – een theaterwinkel, een café, vergaderruimte en een appartement. In de voormalige drukkerij werden er repetitieruimten, kostuumateliers, kantoren en een de eigenlijke theaterzaal ingericht.
In 2009 kocht Upgrade Estate het volledige complex voor 3,5 miljoen euro. De ruwbouw van het complex, met het beschermd monument, werd door architectuurbureau a154 in een jaar tijd gerenoveerd. Het werd volledig omgevormd door Nele Van Damme in samenwerking met architect Yannick Baeyens tot de jeugdherberg Backstay Hostel met 108 bedden. Zij stonden samen in voor het totaalconcept en en ontwerp van de bar, de bedden en het receptiemeubel. Bovendien hebben zij eveneens de volledige look & feel bedacht en uitgewerkt alsook alle fijne creatieve details.
Ondertussen werd achter het gebouw een nieuwbouw opgetrokken met 105 studentenkamers en een commerciële ruimte op het gelijkvloers.
De waardevolle ruimtes (uit erfgoedoogpunt) zoals de inkomhal, de trappenhal en de lokettenzaal bleven volledig bewaard en werden geherwaardeerd. Alle gebruikte kleuren en materialen werden zo gekozen dat ze het meest aansloten op de originele uitvoeringstechnieken van destijds.
In de oude inkom vinden we de receptie, met verder op het gelijkvloers een bagageberging en een grote ontbijtzaal met terras. De lobby, bar en ontbijtruimte lopen in elkaar over zodat één grote ruimte wordt gevormd.
Deze cafetaria is niet enkel toegankelijk voor toeristen die in het hostel verblijven, maar ook voor de modale Gentenaar. Je kan er een kopje koffie drinken, met de huisgemaakte taart, weg van de drukte van de Sint-Pietersnieuwstraat.
De eerste verdieping telt vier slaapzalen voor in totaal 45 bedden, de tweede verdieping zes slaapkamers voor in totaal 36 bedden en de derde verdieping vijf slaapkamers voor in totaal 28 bedden.
Alle meubilair werd op maat gemaakt (met stapelbedden tot 3 bedden hoog!) en de verdiepingen hebben specifieke kleuren en accenten gekregen. Zo is ook elke slaapkamer of -zaal genoemd naar een (internationale) krant zoals bijvoorbeeld De Morgen, Die Zeit en The Guardian. De sfeer van de vroegere redactie blijft dus nog steeds in het gebouw hangen.
Het valt op dat Backstay Hostel de speelsheid die men terugvindt in de vele art deco-elementen van het gebouw, ook in de kamers doortrekt. Zo vind je overal in het gebouw – tot zelfs in de wc’s – krijtborden terug waar je naar hartelust kan tekenen of boodschappen achterlaten.
De decoratie van elke kamer en zaal varieert ook zeer sterk. Terwijl in de ene kamer oude vinylhoezen uit de jaren stillekes als behangpapier dienst doen, hangt een andere kamer weer vol met oude telefoontoestellen. Origineel, en steeds met een – al dan niet subtiele – knipoog naar het redactieverleden van het gebouw.
Achter de letters D A G van ‘Dagblad Vooruit’ op de gevel, verbergt zich een sobere, betonnen structuur die werd ingericht als zogenaamde ‘blogruimte’. Diffuus licht valt via de glazen lichttoren binnen, het zou het een uitstekende plek zijn geweest om dit artikel voor Gentcement te schrijven. Ondertussen hadden we doorheen het kleine raampje boven het computerscherm naar de Vooruit aan de overkant van de straat kunnen turen.
Dat de renovatie van het gebouw allesbehalve vanzelfsprekend was, bleek uit het gesprek tijdens onze rondleiding. Zo zag de Dienst Monumentenzorg en Architectuur het bijvoorbeeld niet zitten om het hele gebouw open te laten breken om een liftkoker te plaatsen. Met gevolg dat de grote houten trap nu de enige manier is om op de bovenste verdiepingen te geraken met al je bagage. Dit is misschien niet zo erg, het blijft uiteindelijk nog steeds een jeugdherberg waar van nature vooral rugzaktoeristen komen overnachten.
Wanneer we door het gebouw kuieren blijkt, dankzij de respectvolle renovatie van het architectenbureau, de sfeer uit de jaren ’30 nog overal aanwezig te zijn. In de traphal hangt nog steeds die typische ‘oude’ geur, de houten vloeren kraken en piepen en het gebouw is – persoonlijk als art deco-liefhebber – nu eenmaal een heel mooi voorbeeld van deze architectuurstijl. De gasten mogen van geluk spreken dat ze in een dergelijk icoon van onze rijke Gentse architectuurgeschiedenis kunnen verblijven.
Met dank aan Backstay Hostel voor het verblijf en de rondleiding.
Tekst: Fréderic Louis & Lucas Selfslagh / Bronnen: Backstay Hostel, Onroerend Erfgoed & Architectuur in Gent & Inventaris Onroerend Erfgoed / Foto’s: Luc Roymans, Amaury Henderick & Sarah De Pauw
Heel mooie impressie. Gevel en inkomhal zijn werkelijk pareltjes van interbellum-architectuur met een duidelijke functionele leesbaarheid. Elementen die gelukkig behouden werden in deze volgens mij geslaagde reconversie.
Van 1980 tot en met 1982 ging ik er mijn dagbladartikels leveren…